Naar aanleiding van een verplichte sloopmelding door een gecertificeerd asbestsaneringsbedrijf wordt een controle uitgevoerd op de projectlocatie. In het asbestinventarisatierapport waren de aldaar aanwezige sandwichpanelen ingedeeld in risicoklasse 1, onder de voorwaarde dat de toepassing als één geheel moest worden verwijderd. De toezichthouder constateert echter dat de asbesthoudende panelen zijn gebroken en beschadigd.
Naar aanleiding hiervan besluit de toezichthouder om de werkzaamheden stil te leggen en een last onder dwangsom op te leggen. De saneerder moest de werkzaamheden gestaakt houden tot aan het moment dat aan de voorwaarden voor hervatting hiervan was voldaan en de last formeel was ingetrokken.
In het daaropvolgende juridische geschil werd onder meer gediscussieerd over de vraag of de saneerder zelfstandig mocht besluiten om de sanering uit te voeren onder risicoklasse 2-condities, terwijl het rapport alleen de optie gaf om te saneren in risicoklasse 1.
De Afdeling overweegt dat wanneer in het asbestinventarisatierapport enkel staat vermeld dat de toepassing in één geheel wordt verwijderd, eerst opnieuw een asbestinventarisatieonderzoek zal moeten worden uitgevoerd voordat beschadigde en gebroken toepassingen mogen worden verwijderd. Kortom: zolang de risicoklasse-indeling in het inventarisatierapport dus niet is aangepast, is deze bindend.
In de praktijk zal het bevoegd gezag vaak eisen stellen waaraan de overtreder moet voldoen, om de werkstop opgeheven te krijgen. Het is echter vaste rechtspraak dat wanneer een last onder dwangsom wordt opgelegd, de overtreder de vrijheid behoudt om zelf te bepalen bij het hoe hij de overtreding beëindigd, zolang resultaat maar aan de wettelijke vereisten voldoet. Het afdwingen van specifieke maatregelen door daar een dwangsom aan te koppelen, mag dus niet.
Wanneer partijen het niet eens worden over de vraag of een einde is gemaakt aan de overtreding, kan bij de rechtbank een voorlopige voorziening worden aangevraagd om opheffing van de werkstop af te dwingen.
Bij afwijking van het asbestinventarisatierapport kan handhavend worden opgetreden. Zowel voor opdrachtgevers als saneerders is het dus van belang om misverstanden over de saneringsvoorwaarden te voorkomen. Bij twijfel is het verstandig om op tijd hierover in overleg te gaan met het asbestinventarisatiebedrijf en/of het bevoegd gezag.
Wenst u advies in een concrete kwestie? Neem dan vrijblijvend contact op met een van onze specialisten op het gebied van asbest.