Shutterstock Aanbesteding

SCHENDING GELIJKHEIDSBEGINSEL BIJ AANBESTEDING: GELIJKE MONNIKEN GELIJKE KAPPEN?

28 augustus 2025

In een recent kort geding voor de Rechtbank Midden-Nederland werd geoordeeld dat de Provincie Utrecht (de “Provincie”) het gelijkheidsbeginsel had geschonden in een aanbestedingsprocedure. Hoewel deze uitspraak op het eerste gezicht specifiek ziet op een cateringaanbesteding, bevat zij belangrijke lessen voor allerlei soorten aanbestedingsprocedures. Strijd met het gelijkheidsbeginsel – één van de fundamenten voor alle soorten aanbestedingsprocedures - kan verstrekkende gevolgen hebben voor een aanbestedingsprocedure. In de voornoemde uitspraak had de Provincie het zo bont gemaakt dat de voorzieningenrechter oordeelde dat de Provincie de aanbestedingsprocedure moest intrekken en ingetrokken moest houden. Wat was hier misgegaan?

Een aanbestedende dienst moet bij een aanbestedingsprocedure altijd het gelijkheidsbeginsel en het daaruit voortvloeiende transparantiebeginsel in acht nemen. Zo moeten de criteria voor alle inschrijvers gelijk zijn en is de aanbestedende dienst gehouden nauwgezet de door haarzelf in de aanbestedingsstukken geformuleerde criteria in acht te nemen. Schending van die beginselen kan verstrekkende gevolgen hebben.

 

Rechtbank Midden-Nederland 28 mei 2025

Feiten

De Provincie had een Europese aanbesteding uitgeschreven voor het verzorgen van catering in het provinciehuis. Voor het doen van een geldige inschrijving dienden inschrijvers het bijgevoegde ‘Prijzenblad’ volledig in te vullen. In paragraaf 4.5 van de Aanbestedingsleidraad stond hierover het volgende:  

“Inschrijvers dienen het bijgevoegde Bijlage 11 Format Prijzenblad volledig in te vullen en in TenderNed te uploaden (…). Het niet volledig invullen of wijzigen van het Format Prijzenblad leidt tot uitsluiting van de Inschrijving. Het is enkel toegestaan positieve bedragen in te vullen. De prijsopgave dient in Euro’s (€) (op 2 decimalen) en exclusief BTW te geschieden. Meer specifieke voorschriften staan in de invulinstructie van het Format Prijzenblad.” In de invulinstructie van het Prijzenblad staat onder meer het volgende: “Inschrijver dient enkel de lichtblauwe cellen in te vullen.” En “Indien uurtarieven/personeelskosten worden opgenomen in een van de tabbladen dan zijn de uurtarieven gebaseerd op de van toepassing zijnde cao (…).”

Zes partijen, waaronder inschrijver C en inschrijver B, schreven in. Hoewel inschrijver C een aantal lichtblauwe cellen van het Prijzenblad niet heeft ingevuld, kreeg zij de opdracht toch voorlopig gegund. Na bezwaar van een andere inschrijver (inschrijver A) werd de beoordeling heroverwogen. De Provincie besloot vervolgens om vier van de zes inschrijvers uit te sluiten, waaronder inschrijver C. Twee inschrijvers, waaronder inschrijver B, werden niet uitgesloten, ondanks dat ook zij verplichte velden in het prijzenblad niet volledig hadden ingevuld. Inschrijver C startte vanwege haar uitsluiting een kort geding en vorderde intrekking van de hele aanbestedingsprocedure, wegens schending van het gelijkheidsbeginsel.

 

Standpunten inschrijvers

Inschrijver C vindt dat de Provincie heeft gehandeld in strijd met het gelijkheidsbeginsel, door slechts vier van de zes inschrijvers uit te sluiten terwijl iedere inschrijver één of meerdere cellen van het Prijzenblad niet had ingevuld. De Provincie had conform haar eigen voorschriften daarom alle inchrijvers moeten uitsluiten.

 

Standpunten Provincie

De Provincie betwist dat zij heeft gehandeld in strijd met het gelijkheidsbeginsel. De Provincie wenst met de begroting in het Prijzenblad inzicht te krijgen in de opbouw van de door de inschrijvers gehanteerde prijzen en tarieven voor de afzonderlijke kostenonderdelen. Dit inzicht geeft de Provincie zekerheid over de aangeboden totale inschrijfprijs en stelt haar in staat de redelijkheid van deze inschrijfprijs te beoordelen, waaronder of sprake is van een abnormaal lage inschrijving. Om die reden geldt de eis dat het Prijzenblad volledig moet zijn ingevuld, op straffe van uitsluiting.

De andere (niet-uitgesloten) inschrijvers hadden wel cellen van het Prijzenblad leeggelaten, maar volgens de Provincie hadden deze leeggelaten cellen geen betrekking op prijzen of tarieven. Materieel gezien was er volgens de Provincie bij deze twee (niet-uitgesloten) inschrijvers geen sprake van ontbrekende prijsinformatie. Dit maakt dat er volgens de Provincie geen sprake is van gelijke gevallen die gelijk moeten worden behandeld.

 

Beoordeling rechtbank

De voorzieningenrechter stelt vast dat de Provincie in de Aanbestedingsleidraad uitdrukkelijk had opgenomen dat het niet (volledig) invullen van het voorgeschreven Prijzenblad leidt tot uitsluiting. Daarbij werd geen onderscheid gemaakt tussen soorten cellen of tussen ‘prijsinformatie’ en ‘overige informatie’. Vaststaat dat geen van de zes inschrijvers het prijzenblad volledig had ingevuld. Desondanks werden vier inschrijvers uitgesloten en twee anderen niet. Voor deze twee inschrijvers had de Provincie aannames gedaan over de ontbrekende informatie, de aannames geverifieerd en de inschrijvingen vervolgens geaccepteerd. De rechter oordeelt dat dit in strijd is met het gelijkheidsbeginsel: gelijke gevallen moeten gelijk worden behandeld. De regels van de aanbestedingsleidraad zijn glashelder en daar mag niet op willekeurige wijze van worden afgeweken door de aanbestedende dienst.

De schending van het gelijkheidsbeginsel is volgens de rechtbank zo fundamenteel, dat de aanbestedingsprocedure geheel moet worden ingetrokken. De rechter wijst de primaire vordering van inschrijver C toe en veroordeelt de Provincie tot het intrekken en ingetrokken houden van de procedure. Dit maakt dat de Provincie – als zij de opdracht alsnog in de markt wilt zetten – een geheel nieuwe aanbestedingsprocedure zal moeten starten.

 

Conclusie

Deze uitspraak illustreert dat het in bepaalde gevallen waarin de aanbestedende dienst het gelijkheidsbeginsel schendt, dus zeker zinvol kan zijn om op te komen tegen een voorlopige gunningsbeslissing. Dat is bij aanbestedingen overigens ook de enige manier om een voorlopige gunningsbeslissing aan te tasten. Wacht daarbij niet te lang! Vaak wordt in de voorlopige gunningsbeslissing een termijn van slechts 20 kalenderdagen opgenomen, waarbinnen een kort geding aanhangig moet worden gemaakt. Na verloop van deze termijn, vervalt het recht om daar op een later moment nog tegen op te komen.

 

Contact

Heeft u op voorhand vragen over de geldigheid van uw inschrijving? Of heeft u naderhand twijfels over het handelen van de aanbestedende dienst en/of over de rechtmatigheid van een genomen (voorlopige) gunningsbeslissing? Neem dan contact op met een van onze specialisten aanbestedingsrecht: Rianne van Pelt, Inge Franken en Tim Segers.

Auteur:
Meer weten? Neem contact op met:

Regelmatig op de hoogte blijven van de laatste juridische ontwikkelingen?