Shutterstock Documenten Recht

Intrekken van een aanbesteding, kan dit zomaar?

22 december 2025

In beginsel mag een aanbestedende dienst de aanbestedingsprocedure intrekken. De contractsvrijheid brengt immers mee dat zij niet verplicht zijn een overeenkomst te sluiten. Wel moet de aanbestedende dienst de redenen voor de intrekking bekendmaken en rechtsbescherming tegen een intrekkingsbeslissing openstellen. De voorzieningenrechter toetste in deze uitspraak of de redenen voor intrekking op juiste gronden berustten.

Feiten en procesverloop

De gemeenten hadden een aanbesteding uitgeschreven voor het sluiten van een raamovereenkomst voor het uitvoeren van elementenonderhoud. Het gunningscriterium was de laagste prijs. De inschrijver die de aanbesteding won, trok zich terug. De inschrijver die tweede werd deed dat ook. Hierna werd niet gegund aan de inschrijver die derde werd, maar werd de aanbesteding door de gemeenten ingetrokken.

De gemeenten stelden dat de inschrijfprijs van de inschrijver die derde werd de raming zou hebben overschreden. Dit terwijl zij een prijs had geboden van € 2,8 mln voor twee jaar, en de raming € 8 mln voor vier jaar betrof. Ook zou de aanbesteding onduidelijk zijn geweest en waren de behoeften van de gemeenten inmiddels veranderd.

In een (eerder) kort geding bepaalde de voorzieningenrechter dat de aanbestedingsprocedure door moest gaan. Hierna namen de gemeenten een nieuwe intrekkingsbeslissing: er zou een heraanbesteding komen. Opnieuw stapte de inschrijver naar de rechter en vorderde in kort geding een verbod aan de gemeenten om uitvoering te geven aan het intrekkingsbesluit en een gebod om de raamovereenkomst aan haar te gunnen. Volgens de inschrijver waren de redenen van de gemeenten om de aanbesteding in te trekken feitelijk onjuist en niet transparant.

 

Oordeel voorzieningenrechter 14 februari 2025

De voorzieningenrechter volgde de inschrijver in haar betoog. De redenen die de gemeenten aanvoerden, waren feitelijk onjuist. Voor iedere inschrijver was de aanbesteding voldoende duidelijk en de prijs overschreed de raming niet. Daarnaast hadden de gemeenten onvoldoende onderbouwd waarom de behoefte zou zijn gewijzigd.

Naar vaste rechtspraak is iedere goede reden die de intrekkingsbeslissing kan dragen voldoende. Uit rechtspraak volgt dat een reden dragend genoeg is, als deze juist is. De voorzieningenrechter oordeelde hier dat de redenen feitelijke grondslag misten en niet transparant waren, waardoor volgens de voorzieningenrechter sterk de indruk werd gewekt dat de gemeenten de aanbestedingsprocedure alleen maar in wilden trekken, omdat zij de opdracht om onzuivere redenen niet aan deze inschrijver wilden gunnen. Hiermee werd het beginsel van gelijke behandeling geschaad en konden de redenen de intrekkingsbeslissing niet dragen.

De intrekkingsbeslissing was onrechtmatig. De voorzieningenrechter oordeelde dat de gemeenten de opdracht voorlopig moesten gunnen aan de inschrijver. Daarnaast mogen de gemeenten niet nogmaals een intrekkingsbeslissing nemen, nu dat in strijd is met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.

 

Contractsvrijheid

Deze uitspraak is interessant, omdat het verbod om de aanbesteding in te trekken op gespannen voet staat met de contractsvrijheid. De gemeenten worden verplicht een overeenkomst te sluiten. De voorzieningenrechter oordeelt hierover dat hoewel de contractsvrijheid principieel is, inbreuken erop niet onmogelijk zijn. Daarnaast zijn de gemeenten op eigen initiatief een aanbesteding gestart en bestaat er dus een inkoopbehoefte waarin moet worden voorzien.

 

Algemene beginselen van behoorlijk bestuur

Naast het gebod tot gunning aan de inschrijver, wordt het de gemeenten ook verboden om nog een keer de aanbesteding in te trekken. Omdat de gemeenten al twee keer de aanbesteding hadden ingetrokken, en beide intrekkingsbeslissingen onrechtmatig bleken, oordeelde de voorzieningenrechter dat niet te verwachten was dat een derde intrekking wel rechtmatig zou zijn. Een derde intrekking zou dan ook in strijd zijn met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Welke concrete beginselen hiermee zouden worden geschonden, specificeert de voorzieningenrechter verder niet.

 

Conclusie

Deze uitspraak illustreert dat er voor de intrekking van een aanbestedingsprocedure een ondergrens geldt, namelijk dat de redenen voor intrekking een juiste feitelijke grondslag moeten hebben. Indien deze er niet zijn, is een intrekking onrechtmatig en kan de aanbestedende dienst worden verplicht de aanbesteding voort te zetten, ook al staat dit op gespannen voet met de contractsvrijheid. Ook de algemene beginselen van behoorlijk bestuur kunnen in de weg staan aan een intrekkingsbeslissing.

Wilt u meer informatie over dit onderwerp, wenst u advies in een lopende kwestie of wilt u bijgestaan worden in een procedure, neem dan vrijblijvend contact op met onze specialisten op het gebied van het aanbestedingsrecht: Rianne van Pelt, Tim Segers, Inge Franken en Mara van Lierop.

Auteur:

Regelmatig op de hoogte blijven van de laatste juridische ontwikkelingen?