Shutterstock Faillisement Rechtbank

RECHTSMIDDELEN TEGEN EEN FAILLIETVERKLARING

2 december 2025

Als de rechtbank het faillissement heeft uitgesproken, dan staan er verschillende rechtsmiddelen open om deze uitspraak aan te vechten. Afhankelijk van wie de uitspraak wil aanvechten en of deze partij eerder al door de rechtbank is gehoord, staat de mogelijkheid van verzet of hoger beroep open. In deze blog wordt uitgelegd wat verzet en hoger beroep zijn, wanneer u ze kunt gebruiken en wat de verschillen zijn tussen beide.

Deze blog is een vervolg op onze eerdere blog “de faillissementsaanvraag”. 

 

Verzet

Een verzet tegen de faillietverklaring wordt ingediend via een verzoekschrift bij de rechtbank. Verschillende partijen hebben de mogelijkheid om verzet in te dienen:

  • de schuldenaar, onder voorwaarde dat die niet eerder is gehoord door de rechtbank;
  • elke schuldeiser, behalve de aanvrager van het faillissement; en
  • elke belanghebbende, denk hierbij aan een mede-eigenaar, een werknemer of de partner van de gefailleerde.

De schuldenaar heeft een termijn van 14 dagen om in verzet te gaan, voor de overige partijen geldt een termijn van 8 dagen. Wil het verzet slagen, dan zal aangetoond moeten worden dat het vorderingsrecht van de aanvrager of de toestand van te hebben opgehouden te betalen, niet bestaat. In de praktijk houdt dit vaak in dat de vordering van de aanvrager wordt voldaan of dat er een betalingsregeling wordt getroffen. Daarnaast moeten de kosten van het faillissement ook worden betaald. Als de aanvrager daadwerkelijk een vordering had op gefailleerde, dan komen deze kosten meestal voor rekening van gefailleerde.

Mocht het verzet niet slagen, dan kan aansluitend in hoger beroep worden gegaan.

 

Hoger beroep

Hoger beroep tegen de faillietverklaring wordt ingesteld door een verzoekschrift in te dienen bij het gerechtshof. Anders dan bij verzet, zal dus het hof en niet de rechtbank oordelen over het verzoek.

Hoger beroep staat open voor de partijen die onderdeel waren van de procedure bij de rechtbank én die door de rechtbank zijn gehoord. Kortgezegd komt het erop neer dat zowel de aanvrager als gefailleerde hoger beroep kunnen instellen. De aanvrager wanneer het faillissementsverzoek is afgewezen en de gefailleerde wanneer het faillissementsverzoek is toegewezen. Andere belanghebbenden zoals de partner van gefailleerde kunnen, ook in het geval ze eerder zijn gehoord door de rechtbank, enkel verzet instellen.

Wil het hoger beroep slagen, dan moet worden aangetoond dat de schuldenaar (c.q. gefailleerde) niet verkeert in de toestand te hebben opgehouden te betalen. Het hof oordeelt of er sprake is van een dergelijke toestand op het moment dat de zitting bij het hof plaatsvindt (en dus per datum waarop de rechtbank het faillissement heeft uitgesproken). In de praktijk houdt dit in dat de schuldenaar alle op dat moment bekende schuldeisers moet hebben betaald of daarmee een betalingsregeling moet hebben getroffen. Deze opgave is zwaarder dan geldt bij de beoordeling van het verzet.  

 

Hoe stel je verzet of hoger beroep in?

Verzet of hoger beroep wordt ingesteld door het indienen van een verzoekschrift bij de griffie van de rechtbank of het gerechtshof. Enkel een advocaat kan dit verzoekschrift indienen. Partijen zijn dus verplicht een advocaat in de arm te nemen. Mocht u het ook niet eens zijn met de uitspraak van het gerechtshof, dan heeft u de mogelijkheid om binnen 8 dagen nog cassatie in te stellen bij de Hoge Raad. Ook hiervoor moet een advocaat worden ingeschakeld.

 

Snel handelen is noodzakelijk!

Een faillissementsuitspraak kan dus altijd nog vernietigd worden, gezien de korte termijnen voor het instellen van verzet en hoger beroep is het wel van belang dat u snel actie onderneemt. Ons team Insolventierecht & Herstructurering kan u helpen om uw mogelijkheden snel in kaart te brengen, een sterke juridische strategie op te zetten en u te vertegenwoordigen in de procedure. Wilt u meer weten over uw kansen en welke stappen u moet zetten om deze te benutten? Neem dan gerust contact met ons op.

Auteur:

Heeft u een vraag?